Het is half zeven in de ochtends; ik sta in de melkput en melk de koeien van ecoboerderij Landjuweel De Hoeven in Dalfsen. Echt wakker ben ik nog niet, maar dat verandert snel! Voor ik het door heb, vliegen de spetters koeienstront me om de oren. Shit happens, zullen we maar zeggen. De koeien schijten in de productieruimte. Op de werkvloer. Thijs, de boer – de manager van de eco-organisatie – geeft me een tip: ‘Jaag zoveel mogelijk koeien in de benen voordat ze in de melkstal zijn: dan schijten ze in de mestput.’ Als ik door de stal loop, zie ik het: verandering leidt tot shit! En als je die shit in goede banen leidt, dan is die shit een bijdrage voor groei!
Frustraties als voeding voor groei
Voor mij is de parallel met organisatieverandering snel gelegd: daar waar mensen en organisaties gaan veranderen, ontstaat er eerst frustraties. Pijn en verdriet over wat er losgelaten moet worden leidt vaak tot heftige reacties. Alle shit moet er eerst uit, voordat mensen weer verder kunnen. Als daar ruimte voor is, dan kan die shit voeding zijn voor groei. Op de boerderij wordt de mest gebruikt voor de groei van het gewas. Zo wordt iets wat in eerste instantie ‘vies’ en lastig is, een waarde(n)volle grondstof.
Van egocentrisch naar ecologisch leiderschap
De kunst van ecologisch leiderschap is om te weten (vakmensschap) dat frustraties erbij horen en bereid te zijn de shit aan te horen en een plek te geven. Je moet de handen uit de mouwen durven steken.
Omschakelen van ego- (jezelf centraal) naar eco (omgeving centraal) georiënteerd leiderschap gaat gepaard met de nodige verandering; er wordt om vakmensschap gevraagd. Dat zie ik duidelijk bij de eco-boeren en -boerinnen waarmee ik intensief samenwerk. Uiteraard wordt er ieder jaar een strak teeltplan (lees: plan van aanpak, businessplan) gemaakt. Zodra de zaden (globale ideeën) en planten (verder uitgewerkte ideeën) de grond ingaan (in de markt worden gezet), zijn de eco-tuinders als geen ander in staat om mee te bewegen met de natuur. En af te wijken van het oorspronkelijk plan, als de situatie daar om vraagt. Van structuur naar natuur, van hoofd naar hart. Vertrouwen op wat je hart je ingeeft en luisteren naar je hoofd.
Shit op de werkvloer
Wat gebeurt er nu als er geen ruimte wordt geboden aan de frustraties? Bijvoorbeeld door ze te betitelen als weerstand en door snel verder te gaan met het veranderingsproces. Zou het zo kunnen zijn dat de shit dan vrijkomt op de werkvloer en het werkproces bevuilt?
Die shit moet dan ook nog eens opgeruimd worden, anders is het niet meer werkbaar. In een veranderingsproces ontstaat dan een nieuw proces: dat van het opruimen van de shit op de werkvloer. Door als leider om te schakelen van ego naar eco maak je van frustraties een waarde(n)volle bijdrage aan natuurlijke groei van de organisatie.
Tekst: Oscar Jansen
Deze column is gepubliceerd op de site van Nieuw Organiseren